Notitie persoon:
Naam ook Christoffel of Hellesloot of Van Hellesloot.

Op 8 juni 1722 koopt Stoffel de herberg (ook wel Maliehuis genoemd) aan de Maliebaan te Watergraafsmeer van zijn tante/petemoeder Catharina van der Stoop. Hij gaat daar een jaarlijke lijfrente van fl. 1.000,- voor betalen. Zijn (toekomstige) schoonvader Servaes Melot staat hier voor borg.

Op 8 juni 1722 laten Stoffel en Johanna Melot hun huwelijkse voorwaarden vastleggen. Stoffel brengt de herberg aan de Maliebaan in, Johanna brengt via haar vader fl. 2000,- in. Bij overlijden van Stoffel erft Johanna fl. 2000,-, bij overlijden van Johanna erft Stoffel fl. 1000,-. Verder wordt winst en verlies staande het huwelijke door elk voor de helft gedragen.

Op 12 juni 1722 laat Albert bij de notaris vastleggen dat hij fl. 2.270 schuldig is aan zijn broer Stoffel. Dit uit hoofde van de afrekening van de nalatenschap van zijn vader Harmanus Helsloot.

Akte van transport door Nicolaas Molenaer aan Arnoldus Dadelbeeck van een derde deel in 12 kampen land in de Oostbijlmerpolder bij het tolhek aan de rijweg, waarvan 2/3 staat ten name van de vrouw van de koper, 1729, mrt. 26; met akte van transport van de helft van genoemd land door de executeur - testamentair van Judith Smits, weduwe van Godard Grevink, aan Nicolaas Molenaar, Servaas Melot en Johanna Melot, weduwe van Christoffel Hellesloot, 1725, mrt. 21, 1725-1729.
Noord-Hollands Archief - 176 Collectie van losse Aanwinsten -2.4.3.18. Bijlmermeer- 325 [Bron: www.archieven.nl]

Woonplaats:
Watergraafsmeer vanaf 12-06-1722 tot 25-05-1724 (bron: Stadsarchief Amsterdam)

Beroep:
Hospes/Herbergier van de Herberg in de Maliebaan te Watergraafsmeer vanaf 08-06-1722 tot 25-02-1724 (bron: Stadsarchief Amsterdam)